“Hoe
komt het toch dat wij Nederlanders nog geen vijf decennia geleden als
protestant of katholiek massaal iedere zondag naar de kerk gingen, speciaal
onderwijs genoten en regelmatig de Bijbel lazen, terwijl we nu net zo massaal
snoeihard tegen datzelfde geloof aantrappen?” Dat vraagt Mariska Orbán,
journaliste en hoofdredacteur van het Katholiek Nieuwsblad, zich af in haar in
2011 verschenen boek “Blond, brutaal en bidden”. Orban, die regelmatig met de
dood wordt bedreigd als de katholieke kerk weer eens ongunstig in het nieuws is,
somt een aantal mogelijke oorzaken van kerkverlating op.
Zo noemt zij als factoren o.a. de
dweperigheid, lichtgelovigheid en bijgelovigheid van kerkleden. Toch zinken die
elementen in het niet bij de allerbelangrijkste oorzaak van allemaal: de
verlichting. Deze krachtige stroming, die opkwam in de zeventiende eeuw, beschouwde
het menselijke verstand als het enige middel om de waarheid te leren kennen. Als
gevolg daarvan verloor de religie geleidelijk terrein in de ethiek, de politiek
en de wetenschappen. Voortaan kon het menselijk verstand immers zelf wel
bepalen wat goed en nuttig was, en wat niet. Daar had men geen Heilige Schrift
of goddelijke openbaring voor nodig. De rol van de wetenschap nam daardoor toe.
Sterker nog: zij werd in toenemende mate gezien als een tegenstrever van God,
als het nieuwe Opperwezen dat de vorige godheid langzaam maar zeker verdrong.
Het socialisme en het liberalisme, allebei kinderen van de Verlichting, leggen grote nadruk op de waarde van het individu en op onderwijs als middel om het aardse geluk te bereiken. Want niet het eeuwige geluk in een leven over de drempel van dit bestaan, maar het aardse geluk in het hier en nu staat in de Verlichting centraal. De scheiding tussen kerk en staat is een gevolg van deze ontwikkeling. Een ander uitvloeisel hiervan is het ongelimiteerde vooruitgangsgeloof van de neo-liberalen en het socialistische geloof in ‘de maakbare samenleving’.
Het socialisme en het liberalisme, allebei kinderen van de Verlichting, leggen grote nadruk op de waarde van het individu en op onderwijs als middel om het aardse geluk te bereiken. Want niet het eeuwige geluk in een leven over de drempel van dit bestaan, maar het aardse geluk in het hier en nu staat in de Verlichting centraal. De scheiding tussen kerk en staat is een gevolg van deze ontwikkeling. Een ander uitvloeisel hiervan is het ongelimiteerde vooruitgangsgeloof van de neo-liberalen en het socialistische geloof in ‘de maakbare samenleving’.
Nu leiden de Verlichting en de uit haar
ontstane stromingen niet altijd tot het bestrijden van religie. Bovendien
hebben de kerken nog heel lang stand gehouden ondanks deze invloeden. De recente
oorzaken van ontkerkelijking moeten dan ook ergens anders worden gezocht. Orbán
kent de belangrijkste rol toe aan de ontzuiling, die eind jaren zestig begon.
Steeds minder mensen wilden zich nog iets gelegen laten liggen aan traditionele
verbanden zoals kerken en verenigingen met een confessionele kleur. Het verzet
daartegen groeide. Het ‘gebrek aan verinnerlijking’ en de ‘te strakke interne
discipline’ brachten volgens Orban deze ontwikkeling op gang.
Ik denk dat zij vooral met die twee
elementen de kern heeft benoemd. Zo kwamen vanaf de zestiger jaren allerlei
spirituele en New Age-achtige stromingen op. Een deel van de aanhang bestond
aanvankelijk uit mensen die zich in de kerk niet thuis voelden omdat ze geen
gehoor vonden voor hun opvattingen en ervaringen. Desondanks hebben de kerken
een werkelijke dialoog met deze bewegingen heel lang uitgesteld. Toen men daar
uiteindelijk toe overging - zo rond het jaar 2000 - was het al te laat. Zo was
ik zelf een keer aanwezig bij een ontmoetingsdag tussen vertegenwoordigers van
de PKN en leden van spirituele stichtingen. Uiteindelijk leverde dat, ondanks
allerlei mooie praatjes, discussies en voordrachten helemaal niets op. Men
eindigde dan ook in een sfeer van ‘agree tot disagree’. Zonder meer
teleurstellend.
In diezelfde periode was ik als initiatiefnemer en bestuurslid betrokken bij de oprichting van verschillende spirituele stichtingen. De meeste stonden in het begin nog wel open voor het christendom en contracteerden voor hun avonden sprekers van authentiek-christelijke origine, maar geleidelijk dreven deze organisaties steeds meer weg naar de sfeer van esoterie en New Age. Dat kwam o.a. doordat de achterban steeds meer moeite begon te krijgen met sprekers die een authentiek-christelijk verhaal uitdroegen. De echte kern van New Age is namelijk behoorlijk ant-kerkelijk en anti-christelijk, hoewel ze Jezus niettemin als een ‘verlichte meester’ erkennen. Net als de hippiebeweging uit de zestiger en zeventiger jaren zijn deze mensen erg anti-autoritair en reageren ze vaak – terecht of onterecht – op christelijke sprekers alsof ze allemaal vertegenwoordigers zouden zijn van een streng, dogmatisch instituut dat hen wil voorschrijven wat ze wel en wat ze niet moeten geloven.
In diezelfde periode was ik als initiatiefnemer en bestuurslid betrokken bij de oprichting van verschillende spirituele stichtingen. De meeste stonden in het begin nog wel open voor het christendom en contracteerden voor hun avonden sprekers van authentiek-christelijke origine, maar geleidelijk dreven deze organisaties steeds meer weg naar de sfeer van esoterie en New Age. Dat kwam o.a. doordat de achterban steeds meer moeite begon te krijgen met sprekers die een authentiek-christelijk verhaal uitdroegen. De echte kern van New Age is namelijk behoorlijk ant-kerkelijk en anti-christelijk, hoewel ze Jezus niettemin als een ‘verlichte meester’ erkennen. Net als de hippiebeweging uit de zestiger en zeventiger jaren zijn deze mensen erg anti-autoritair en reageren ze vaak – terecht of onterecht – op christelijke sprekers alsof ze allemaal vertegenwoordigers zouden zijn van een streng, dogmatisch instituut dat hen wil voorschrijven wat ze wel en wat ze niet moeten geloven.
De weerzin tegen het christendom zit dus
nogal diep, niet alleen bij mensen die vroeger ooit lid waren van een kerk,
maar zelfs binnen een deel van de aanhang van New Age. Graag ga ik in het
volgende deel in op de manieren waarop die weerzin en die intolerantie zich in
de praktijk uiten. Als de oorzaken van de toenemende intolerantie bekend zijn,
mag je er namelijk van uit gaan dat je er ook iets aan kunt doen. Of is het misschien al te laat en is de kloof
tussen christenen en de snel seculariserende wereld al te groot geworden?
- wordt vervolgd -
Geen opmerkingen:
Een reactie posten