woensdag 30 januari 2013

Het vurige ontstaan van de maan

Artist impression van de botsing tussen de aarde en Theia

Nu steeds meer mensen in de steden gaan wonen en het ’s avonds en ’s nachts bijna nergens meer echt donker is, wordt het steeds moeilijker om naar de sterrenhemel te kijken. Al van grote afstand kun je tegenwoordig zien dat steden gehuld zijn in een koepel van licht die als een vage gloed boven de bebouwing hangt. Waar economische activiteit is, branden altijd lampen. Dat is jammer, want daardoor gaat de band, die de mensheid van oudsher had met de kosmos, steeds meer verloren. Het lijkt wel alsof we bang zijn geworden voor het donker. Het heelal verdwijnt daardoor voor veel mensen langzaam uit beeld.

 

Toch is er aan de sterrenhemel ongelofelijk veel te zien, mits je er de tijd voor neemt en over goede apparatuur beschikt. Maar ook met bescheiden middelen, zoals bijvoorbeeld een verrekijker of kleine telescoop, valt er nog heel wat te genieten. De maan is dan een dankbaar object om mee te beginnen. Al bij lage vergroting zijn de grootste kraters te zien, vooral rondom eerste of laatste kwartier. Een prachtig gezicht. 

Men heeft ontdekt dat die kraters zijn ontstaan door de inslagen van grote en kleine brokken steen uit de ruimte. Miljarden jaren geleden, toen ons zonnestelsel nog maar net was ontstaan, werden de manen en planeten van ons zonnestelsel regelmatig door ruimtepuin en planetoïden getroffen. Maar niet alleen kleine objecten sloegen in; soms botsten ook complete planeten op elkaar. Eén van die botsingen leidde zelfs tot het ontstaan van de maan. Tenminste: daar gaat men tegenwoordig van uit. 

 

Deze inslagtheorie is tegenwoordig erg populair. Tot voor kort dacht men dat ongeveer 4,5 miljard jaar geleden een planeet zo groot als Mars (met een doorsnede van ca. 6800 km.) op de aarde is gebotst. Dat zou zijn gebeurd met een snelheid van 10 km/seconde. Nu lijkt dat wel heel snel, maar voor objecten in het zonnestelsel valt dat wel mee. Zo slaan veel meteoren met 40 km/sec. op de aarde in. Dat neemt niet weg dat de gevolgen van die inslag gigantisch waren. De kosmische indringer boorde zich diep in de aarde. De metalen kernen van de aarde en de andere planeet, die men Theia noemt, zouden bij die gebeurtenis met elkaar zijn versmolten. Dat is ook niet zo’n wonder, want de temperatuur liep bij die botsing op tot duizenden graden. Onder dergelijke omstandigheden worden zelfs metalen vloeibaar. Tegelijkertijd werd een deel van de aardmantel door de botsing weggeslagen. Dat materiaal spatte de ruimte in als een enorme wolk van steen en puin, die om de gehavende planeet heen begon te draaien. Geleidelijk zou deze wolk zijn afgekoeld en zich hebben samengetrokken. Uiteindelijk ontstond hieruit onze maan. 

Deze theorie werd voor het eerst geopperd in 1975. Uit het onderzoek van de maanstenen, die de Apollo-astronauten hadden verzameld, bleek namelijk dat ze exact dezelfde samenstelling hebben als gesteente van de aarde. De maan moet dus wel uit materiaal bestaan dat van onze planeet afkomstig is. 

 

Die dramatische geboorte van de maan had ook een heel positief effect. Voor het ontstaan van leven op aarde zijn de omstandigheden daardoor namelijk veel gunstiger geworden. Door zijn zwaartekracht zorgt de maan ervoor dat de hoek, die de aardas maakt met het vlak waarin onze planeet om de zon draait, steeds dezelfde is. Onze wachter werkt dus in feite als een stabilisator van de aswenteling van de aarde. Als onze planeet geen maan had, zou de aardas zomaar een flink stuk kunnen kantelen. Dat zou enorme consequenties hebben gehad voor ons klimaat. Een zwabberende aardas zou voor voortdurend wisselende condities op onze planeet hebben gezorgd. Je kunt je afvragen of er dan nog wel leven was ontstaan. 

 

Deze theorie uit 1975 is later een paar keer bijgesteld, omdat computersimulaties uitwezen dat de oorspronkelijke berekeningen niet klopten. Tegenwoordig gaat men ervan uit dat de planeet, die miljarden jaren geleden op de aarde botste, groter moet zijn geweest dan Mars. Men denkt zelfs dat hij bijna even groot was als de aarde. Ook vond men dat onze moederplaneet toen niet in 24 uur, maar hooguit in 2 à 3 uur om haar as moet hebben gedraaid. Na de botsing, waarbij de maan ontstond, is die rotatietijd langzaam afgenomen.

 

Kosmische botsingen zijn beslist spectaculair. Onze hele beschaving kan er zelfs door worden weggevaagd. Daarom speuren we voortdurend de ruimte af op zoek naar planetoïden of kometen die op ramkoers liggen met de aarde. Als zo’n knaap inslaat, is misschien wel ons laatste uur geslagen. Het is wel grappig om te bedenken dat het leven op onze planeet juist door zo’n botsing kon ontstaan. Door een nieuwe dreun verdwijnt onze beschaving misschien wel voor altijd, maar zonder die eerste dreun waren we er nooit geweest. Schepping en vernietiging liggen dicht bij elkaar. Was de planeet, die op de aarde botste, nog groter geweest, dan zou de aarde zijn verbrijzeld. Was hij kleiner geweest, dan was er misschien geen maan zijn ontstaan, maar ook geen aards leven en dus ook geen mensheid. Zoiets lijkt me geen toeval, al zullen de meningen daarover verschillen.


zondag 13 januari 2013

Het dartele elfjesbos van New Age


 
Van 12 t/m 26 januari wordt ‘de maand van de spiritualiteit’ gevierd. Op zich is het al vreemd om een periode van twee weken een ‘maand’ te noemen, maar vooruit. Op spiritueel gebied, waar gestoeid wordt met dimensies, is nu eenmaal alles mogelijk. Zo’n kleine tijdsverdichting schijnt gewoon bij dit metier te horen. Erger vind ik het dat een begrip als spiritualiteit -  voor veel mensen toch een serieuze zaak - vooral door aanhangers van New Age wordt uitgehold. Wat bij die regenboogcoalitie van alle mogelijke bewegingen, stichtingen en groepjes voor mogelijk wordt gehouden, is bijna met geen pen te beschrijven.

Jaren lang heb ik deels uit nieuwsgierigheid, deels uit een behoefte aan entertainment lezingen van New Age-sprekers bezocht. De mensen, die je op zulke avonden ontmoet, zijn bijna zonder uitzondering sympathiek. Jammer genoeg zijn ze ook nogal lichtgelovig, op het naïeve af. Het zijn eindeloze zoekers die met veel trends meehoppen, maar meestal niets moeten hebben van het christendom in zijn authentieke vorm.

Als vuistregel geldt, dat hoe vrijblijvender een spreker of een leer is, des te meer bezoekers er op zulke lezingen af komen. Over het algemeen willen ze niets weten van een lagere geestenwereld of een hel, ook al is die tijdelijk, want de duivel hebben ze afgeschaft. Dat is immers een reliek van vroeger, een vermolmd, afgedankt overblijfsel uit een tijd waar ze slechts met afschuw aan terugdenken, geassocieerd met kruistochten, middeleeuwen, heksenverbrandingen en donderpreken waar je zwaar depressief van wordt, zodat je weer met prozac moet worden opgekrikt tot een normaal mens.

Volgens deze geestelijk ‘verlichten’ komt iedereen – rijp of groen – na zijn dood terecht in een hemel die rijkelijk gevuld is met zacht glooiende heuvels en kabbelende beekjes. Daar wordt de vermoeide reiziger eindeloos door een begripvolle God gepamperd – wat hij ook uitgevreten heeft, want dat telt dan niet meer.
Sommigen denken dat ze constant terug moeten komen, alsof het leven een eindeloos avontuur is waarbij je alles moet zijn geweest: blanke en neger, Indiaans opperhoofd en parmantige farao, Chinees en bosjesman, Aboriginal en astronaut. Pas als je al die modaliteiten hebt doorlopen, heb je de volledige levenscirkel als een soort super-achtbaan afgelegd, compleet met dubbele loopings en gierende buitelingen. Aan het einde van de rit glijd je tenslotte ego-loos, als een volleerd boeddhist met een milde glimlach om je tijdloze lippen, het nirvana in.

Jezus was volgens hen een pure rebel, iemand die in het openbaar de Farizeeërs bikkelhard op hun nummer zette, maar in het geniep een verhouding had met Maria Magdalena. Deze Maria zou later naar Marseille zijn vertrokken om er de eerste christengemeente te stichten. Ook wordt er door sommigen geloofd dat Hij niet echt aan het kruis is gestorven; dat leek alleen maar zo. In werkelijkheid zou Hij later naar India zijn vertrokken om daar het evangelie te verkondigen. Vandaar al die wijsheidsleraren daar, met wollige baarden en oranje soepjurken aan.

Nog vreemder is het verhaal - dat je trouwens ook bij de antroposofen tegenkomt - dat de geest van Christus tot aan het twaalfde levensjaar zou hebben gewoond in het lichaam van een Joodse jongen, die op die leeftijd gestorven is. Op dat moment zou zijn geest zijn overgehopt naar het lichaam van een ander kind, dat de uiteindelijke Christus zou worden zoals we Hem uit de traditie kennen.

Het ontstaan van de piramiden is volgens New Age heel eenvoudig te verklaren. Nadat Atlantis op een gruwelijke manier in de golven verdween, zijn de bewoners ervan in hun UFO’s naar Egypte gevlogen. Dat kan niet anders, want op eigen kracht hadden de oude Egyptenaren nooit zulke steenkolossen kunnen bouwen, daar hebben ze hulp bij gehad.

Voor iemand die nuchter nadenkt, zijn dit belachelijke en naïeve ideeën. Toch zijn er hele volksstammen die hierin geloven. Een hele industrie drijft er zelfs op. Ik ben allang gestopt om mensen hiervan te ‘genezen’, want dat zullen ze toch echt zelf moeten doen. Je kunt niemand dwingen om nuchter te worden. Bovendien gaat het vaak om aardige mensen die vol goede bedoelingen zitten en niemand tot last zijn. Maar vreemd en bizar blijft het wel, dat dartele elfjesbos van New Age.

woensdag 9 januari 2013

Aankondiging nieuw boek met post-mortale ervaringen

In maart dit jaar verschijnt bij uitgeverij Hampton Roads "The Afterlife of Billy Fingers". Daarin doet de Amerikaanse schrijfster Annie Kagan verslag van de boodschappen die zij ontving van haar broer Billy nadat hij overleden was bij een verkeersongeluk. De eerste twee hoofdstukken van dit boek, dat voorzien is van een voorwoord door BDE-auteur en onderzoeker Raymond Moody (bekend van boeken als "De tunnel en het licht" en "Leven na dit leven"), kun je sinds kort gratis downloaden. Ga daarvoor naar http://www.afterlifeofbillyfingers.com/ Het is voldoende om op die pagina je voornaam en e-mailadres in te vullen. Daarna ontvang je een link waarmee je de eerste twee hoofdstukken van dit boek kunt downloaden.

Ik heb die hoofdstukken inmiddels gelezen en vond ze fascinerend. Het hiernamaals, dat daarin wordt geschetst, is vrij van de zwaarte en de leerstelligheden van kerkgenootschappen. Zo wijst Billy de aardse begrippen van straf en zonde af als menselijke begrippen, die in het hiernamaals geen betekenis hebben. Ook zegt hij dat de mens bij zijn geboorte de herinnering aan zijn voorgeboortelijk bestaan kwijtraakt. De dood is heel anders dan de meeste mensen zich dat voorstellen. Daardoor is dit boek ook heel troostend voor mensen die een dierbare hebben verloren.  


maandag 7 januari 2013

Een blik in de verre toekomst van de aarde

Ons melkwegstelsel en de Andromedanevel botsen over 4 miljard jaar.
Al bijna vijf miljard jaar is de zon het stralende middelpunt van ons zonnestelsel. Dankzij haar licht en warmte is het leven op de aarde ontstaan en wordt het in stand gehouden. Ze schijnt uiterst stabiel, met maar heel kleine schommelingen in haar lichtkracht. Toch is dat niet altijd zo geweest. Het zal ook niet altijd zo blijven. Langzaam maar zeker zal ze uitgroeien tot een reuzenster met een lichtkracht die 10.000 maal zo groot is als het licht dat ze nu uitzendt. Van een doorsnee sterretje is ze dan een soort vuurtoren geworden die al op enorme afstanden zichtbaar is. Het spreekt vanzelf dat we het daardoor knap benauwd zullen krijgen. Maar dat is niet het enige gevaar dat ons te wachten staat. Want op ruim twee miljoen lichtjaar van de aarde bevindt zich een compleet spiraalstelsel dat op ramkoers ligt met onze eigen melkweg. Met maar liefst 400.00 kilometer per uur suist het met zijn 1000 miljard sterren recht op ons af. Wat zullen we van dat alles merken? 
GLOBAL WARMING IN HET KWADRAAT
Een ster kun je vergelijken met een mens. Hij wordt geboren, groeit op, wordt puber, en kent dan meestal een lang leven als volwassene. Maar in tegenstelling tot een mens, die vaak eindigt als een mummelend oudje met een Pamper om, ziet het levenseinde van de meeste sterren er behoorlijk spectaculair uit. Een ster als onze zon wordt namelijk tijdens zijn leven steeds feller. Zo’n vijf miljard jaar geleden, toen de aarde werd gevormd, straalde ze nog niet de helft van het licht uit dat ze nu uitzendt. Als we die lijn doortrekken naar de toekomst, betekent het dat ze over 500 miljoen jaar 10 procent helderder zal zijn dan tegenwoordig. Onze planeet is dan een bloedhete broeikas geworden, een dampende inferno waar nauwelijks leven mogelijk is. We zullen daarom ver voor die tijd moeten emigreren. Gelukkig gaat deze opwarming heel geleidelijk. We hebben dus nog alle kans om te vertrekken. Van grote afstand kunnen we dan volgen hoe het de aarde verder vergaat.

HET EINDE VAN DE ZON
Over ongeveer vijf miljard jaar begint de zon op te zwellen. Ze wordt ook veel helderder. Dat komt doordat de druk in de kern van de zon in de loop van haar bestaan steeds verder is toegenomen. In het binnenste van sterren is het namelijk enorm heet, ongeveer vijftien miljoen graden. Het is daar zó warm, dat waterstofatomen, die elkaar normaal gesproken afstoten, kunnen samensmelten tot heliumatomen. Het inwendige van sterren wordt daardoor zwaarder en heter. Maar de lagen rondom die kern zetten daardoor ook uit. Een tijdje blijft de zon stabiel op een lichtkracht van 300 keer die van tegenwoordig. Via een korte tussenfase dijt ze daarna uit tot een rode superreus die tienduizend maal zo helder is als nu. De zon is dan zo sterk opgezwollen dat haar oppervlak bijna de aardbaan raakt. Er is zelfs een kans dat de aarde door de zon wordt opgeslokt. Maar misschien ontspringt ze de dans en blijft ze als een geblakerde steenhoop rondcirkelen. Erg lang zal die fase niet duren, want de zon dooft daarna langzaam uit. Miljarden jaren later is ze een bijna onzichtbare dwerg geworden, een glimworm tussen de sterren.
DE NADERING VAN DE ANDROMEDANEVEL
In dezelfde periode waarin de zon begint uit te zetten is er een andere verschrikking op komst: de Andromedanevel, die zo’n 1000 miljard sterren bevat, botst dan op ons eigen melkwegstelsel. Op 29 mei vorig jaar hebben sterrenkundigen berekend dat hij recht op ons af vliegt. Nu kun je een sterrenstelsel het best vergelijken met een gigantisch wiel van licht. De vorm ervan is behoorlijk plat, en in de spaken pinkelen miljarden sterren. Tussen die sterren in gloeien gas- en stofwolken. Dat is de materie waaruit door verdichting sterren ontstaan.
Nu is een botsing tussen twee sterrenstelsels minder desastreus dan zo op het eerste gezicht lijkt. De ruimte, ook binnen sterrenstelsels, is namelijk zo goed als leeg. De gemiddelde afstand tussen twee buurtsterren is oneindig veel kleiner dan hun doorsnede. Daardoor is de kans op een frontale botsing tussen twee sterren heel klein. Dat geldt zelfs als twee complete sterrenstelsels dwars door elkaar heen vliegen. We zien dan wel iets heel anders: de gaswolken tussen de sterren botsen op elkaar, waardoor ze samentrekken en zich verdichten tot sterren. Rij na rij lichten daardoor nieuwe sterren op in het nieuwe stelsel dat door die frontale botsing ontstaat. Een kosmisch vuurwerk zoals we nog nooit eerder hebben beleefd is het gevolg van de ramkoers die de Andromedanevel volgt. De beide stelsels zullen elkaar doordringen, compleet van vorm veranderen, nog een tijdje doorvliegen, maar elkaar daarna weer naderen. Uiteindelijk versmelten ze tot één groot sterrenstelsel.

Tegen die tijd is de zon al begonnen aan haar laatste fase. Terwijl zij nog eenmaal opzwelt in een baaierd van licht, de aarde meesleurend in haar val, vlammen dichtbij en veraf sterren op die pas zijn geboren uit de waterstofwolken van de beide stelsels die dreunend op elkaar zijn gebotst. De ondergang van de aarde en de zon zal dan ook spectaculair zijn, hoe je het ook wendt of keert. We gaan onherroepelijk naar de bliksem, maar wel in een magnifieke stijl, met veel vuurwerk en hemelse geboortegolven.