zondag 13 februari 2011

Hoe reizen andere beschavingen door het heelal?

Vroeger was ik een groot liefhebber van de boeken van Erich von Däniken, Jochim Pahl en Stefan Denaerde. Ook werkjes over ufo´s verslond ik, hoewel ik ze met de nodige scepsis las. Al deze schrijvers waren gefascineerd door het idee dat andere beschavingen af en toe onze aarde bezoeken. Volgens hen hebben veel civilisaties het stadium van de interstellaire ruimtevaart bereikt en stimuleren ze de ontwikkeling op planeten waarvan de hoogste levensvormen zich nog met knots en speer staande proberen te houden. Een soort ontwikkelingshulp dus, en niet geheel zonder bijbedoelingen. De aarde moet immers worden opgestoten in de interstellaire vaart der volkeren, zodat ook de andere ruimtevarende intelligenties daarvan kunnen meeprofiteren en het in de ruimte geen rommeltje wordt.

Opvallend bij al deze schrijvers is de Star Trek-achtige manier waarop ze de werkelijkheid van het heelal benaderen. Meestal speelt de techniek een allesoverheersende rol. Toch heb ik daar grote twijfels over. Wat is nl. het belangrijkste doel van de hele materiële schepping? Is dat niet de vergeestelijking van het bewustzijn van de mens en de totale bevrijding uit de wereld van de materie? En als dat het belangrijkste doel van alles is, waarom zouden we dan met technische hulpmiddelen het heelal moeten veroveren? Is dat niet een paradox?

Na het lezen van de boeken van verschillende mystici ben ik dit alles systematisch gaan vergelijken met modern ruimteonderzoek. Daarbij heb ik gemerkt dat er in de hele wereld van de materie wel degelijk één centraal principe is, en wel dat alles in het heelal zich langzaam maar zeker ontwikkelt tot steeds hogere vormen, totdat alles op den duur volkomen vergeestelijkt is en in fysieke zin 'oplost'.
Je ziet dat ook bij sterren, planeten en kometen. Aan het eind van hun ontwikkeling lossen ze volkomen op: ze 'verdampen' als ze hun tijd hebben uitgediend. Precies hetzelfde geldt ook voor de mens. We zijn beslist niet geschapen om in de wereld van de materie te blijven hangen. Dit is maar een tussenstadium, een noodzakelijk kwaad omdat we ooit door een bewuste keuze - de val uit de geestenwereld - onze frequentie hebben verlaagd. Zo kon het stoffelijke heelal ontstaan. Het is een hulpmiddel om via een aantal incarnaties terug te keren naar de geestelijke wereld.

Wat doen nu al die levende wezens op de sterren en planeten? Als ze zich van hun geestelijke opdracht bewust zijn, zullen ze kiezen voor een ontwikkeling van hun geest en niet van de materie, omdat materie op zichzelf genomen praktisch dood is. Miljarden en nog eens miljarden beschavingen zijn er in het heelal. Hun aantal moet zó onnoemelijk groot zijn, dat we dit niet eens met een aards getal uit kunnen drukken. Toch zullen de meest wijze civilisaties nooit beginnen aan een ongeremde technische ontwikkeling. Waarom niet? Het antwoord is simpel: met de geest kun je veel langere en betere reizen maken dan met een ruimteschip.

De Zweedse ontdekker, geleerde en ziener Emanuel Swedenborg heeft dat in zijn boek "Over de aarbollen in ons zonnestelsel" duidelijk laten zien. Hij trad uit en bezocht met zijn geest verschillende werelden. Hij sprak met de bewoners daar. En overal spreken de meer ontwikkelde wezens dezelfde taal: ze kunnen met elkaar communiceren en bezitten een wijsheid, waarbij vergeleken de wijsheid van ons meestal maar een hersenschim is.
Om te reizen in het heelal heb je geen techniek, geen ruimteschepen nodig, maar een wakkere, heldere geest. Een geest die zich volkomen op Jezus richt en vast op Hem vertrouwt. Neem van mij aan dat de rest dan vanzelf gaat. Maar bijna niemand op aarde heeft dát vermogen, díe geestelijke kracht, omdat we in de materie verzonken zijn. Ons bewustzijn is ongelofelijk mat.

Daar zal beslist verandering in komen. De ontwikkeling op aarde kan niet blijven stilstaan, we móeten echt verder. Zoals Jezus de materie volkomen overwon, zo zullen wij dat ook ooit 'es moeten doen. Niet met techniek, niet met ruimteschepen, maar alleen met onze vrije geest, die peilloos ver boven de materie staat.
Wat er tijdens de laatste fase van de wederkomst van Christus zal gebeuren, God only knows. Maar ik weet wel dat dat een transformatie van de aardse omstandigheden zal betekenen waar we ons nauwelijks een voorstelling van kunnen maken.
Wie zullen er na de wederkomst overblijven? Jezus zei ooit: "De zachtmoedigen zullen de aarde beërven". Ik denk dat dat betekent, dat niet de slechte mensen achter zullen blijven, maar juist de liefdevolle, deemoedige mensen. De rest zal weggevoerd worden. Niet met ruimteschepen, maar in de geest. Op andere werelden mogen ze hun ontwikkeling vervolgen. Soms zal dat materiëel gebeuren, soms ook niet. Want ook de geestelijke wereld heeft heel veel sferen waarin de mens kan worden opgevoed.

In die zin kijk ik ook tegen de voorspellingen over de drie dagen van duisternis aan, die volgens velen onmiddellijk voorafgaan aan de transformatie van de aarde. De opvatting dat een heleboel mensen met ruimteschepen van de aarde worden opgehaald, kom je o.a. tegen in de boekjes van Bertha Dudde. Ook binnen New Age doen zulke verhalen de ronde. Toch geloof ik dat niet. UFO's zijn al vaak beschouwd als vertegenwoordigers van de 'goden' of als bezoekers uit een andere dimensie. Ik heb die ideeën bestudeerd, maar er nooit overtuigende bewijzen voor gevonden. UFO's bestaan wel, maar ze kunnen nooit zijn gebouwd door hoogstaande beschavingen. Simpelweg omdat hoogstaande beschavingen hun heil niet zoeken in de materie, maar in de mogelijkheden van de vrije, op God gelijkende geest.
Alleen beschavingen die in het materiële stadium zijn blijven steken, zullen ruimteschepen bouwen die de afstanden tussen de sterren - gemiddeld ca. 4 lichtjaren - kunnen overbruggen. Een bewijs voor hun geestelijke superioriteit is dat echter allerminst. Het wijst eerder op een sterke gehechtheid aan de materie en op een fascinatie voor de verworvenheden van de techniek. De boodschappen die we van dergelijke beschavingen kunnen opvangen, hebben in spiritueel opzicht dan ook maar een heel beperkte waarde. Een civilisatie die immers grondig over haar eigen plaats en oorsprong heeft nagedacht, zal zich vooral in geestelijke zin ontwikkelen en de techniek hooguit gebruiken als een middel om geestelijke doeleinden te verwerkelijken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten